Clostridium difficile is een anaërobe, staafvormige bacterie met een hoge persistentie in het milieu. Hij staat op de vijfde plaats van de meest voorkomende ziekenhuisinfecties en werd lange tijd als relatief ongevaarlijk beschouwd. Sinds meer dan 30 jaar is echter bekend dat deze bacterie de ziekteverwekker is die Clostridium difficile-geassocieerde diarree (CDAD) veroorzaakt.
Gewoonlijk is de darm van gezonde personen gekoloniseerd met relatief kleine aantallen van het inactieve (sporenvormende) stadium. Indien een aanzienlijk deel van de natuurlijke darmflora wordt vernietigd, bijvoorbeeld door het gebruik van een breedspectrumantibioticum, kan Clostridium difficile zich zonder problemen vermenigvuldigen door zijn bijzondere resistentie-eigenschappen en het ontbreken van concurrentie van andere bacteriën.
Sporen zijn een uiterst resistente slapende vorm van bepaalde bacteriesoorten en worden gevormd onder ongunstige levensvatbaarheidsomstandigheden. Bacteriesporen zijn sterk uitgedroogd, vertonen geen metabolische activiteit en zijn omgeven door een mantel die hen doeltreffend beschermt tegen straling, chemicaliën en hitte. Bacteriesporen kunnen vele maanden in kiemkrachtige toestand overleven op oppervlakken van vloeren, apparatuur, instrumenten en meubilair; wanneer de levensvatbaarheidsomstandigheden verbeteren, kunnen zij opnieuw ontkiemen en zich vermenigvuldigen. Besmette handen zijn een belangrijke bron van infectie: rechtstreeks contact tussen artsen, verpleegkundigen, patiënten en apparatuur wordt onvermijdelijk een risico als de handen niet worden gewassen. Vooral mensen met een sterk verzwakt immuunsysteem, ouderen of patiënten die chemotherapie, antibioticatherapie of sondevoeding nodig hebben, lopen risico. De ziekteverwekkers worden via de fecaal-orale route overgedragen door direct of indirect contact. De consequente en snelle toepassing van hygiënemaatregelen door deskundig personeel is daarom van het grootste belang om de infectieketen te onderbreken. Overdracht van Clostridium difficile wordt vrijwel geëlimineerd door de juiste en gerichte reiniging- en desinfectiemaatregelen toe te passen. De door de VAH (Vereniging voor Toegepaste Hygiëne) genoemde desinfectiemiddelen hebben door hun concentratie en bij gebruik met de voorgeschreven inwerktijd de eigenschappen die nodig zijn om de vegetatieve vorm van de bacterie te doden. Sporen van Clostridium difficile kunnen worden bestreden met behulp van sporiciden, bijvoorbeeld op basis van aldehyden, zuurstofsplitsers of bepaalde per-verbindingen.